Bericht uit de ruimte – Nummer 52

Bericht uit de ruimte is een periodieke nieuwsbrief met een overzicht van het actuele ruimtevaartnieuws, en verschijnt ongeveer om de drie weken. De in de nieuwsbrief genoemde tijden zijn gegeven in GMT (Greenwich Mean Time).

Mensen in de ruimte

De laatste week van april was een drukke periode voor de vijf ruimtevaarders aan boord van het ruimtestation. Foale en Kaleri instrueerden hun opvolgers Padalka en Fincke over de dagelijkse gang van zaken aan boord van het station. Hun collega André Kuipers vervolgde in de tussentijd zijn intensieve onderzoeksprogramma.
Op zaterdag 24 april startte hij het ARGES-experiment in de glovebox. AGRES beoogde het onderzoek van hogedruklampen. Onder normale zwaartekracht treden in deze lampen instabiliteiten op wat ongewenste neveneffecten zoals flikkeringen tot gevolg heeft. In gewichtsloosheid blijven deze effecten achterwege wat onderzoekers in staat stelt de precieze oorzaak hiervan en de invloed van zwaartekracht op het functioneren van de lampen vast te stellen. Uit de eerste resultaten kon men vaststellen dat dit experiment zeer succesvol was verlopen. Hiermee is de “superspaarlamp” weer een stapje dichterbij gekomen.
Iets minder goed ging het met twee biologische experimenten, die op 26 april werden uitgevoerd. Bij ICE-FIRST en TUBUL, liet een centrifuge die de aardse zwaartekracht moest nabootsen voor controle-experimenten het afweten. Hoewel Kuipers de voor de controlegroep bedoelde proefmonsters ook heeft ingezet voor het microzwaartekrachtonderzoek, kon hij extra wetenschappelijke informatie verkrijgen, maar het ontbreken van een controlegroep bij aardse zwaartekracht maakt het interpreteren van de gegevens een stuk lastiger.
Diezelfde dag rondde Kuipers, samen met 70.000 scholieren in Nederland, het Seeds in Space experiment af. Zowel de scholieren als Kuipers hadden eerder raketsla geplant, en nu werden in een speciale televisie-uitzending de resultaten vergeleken.
Verder voerde Kuipers nog experimenten uit met het SUIT trilvest. Daarin zijn trilelementen geplaatst, die de ruimtevaarder moeten helpen bij de oriëntatie in de gewichtsloze omgeving van een ruimtestation of -schip. Ook werd de bloeddruk van Kuipers regelmatig opgenomen om de variaties daarin vast te leggen, en verzamelde hij monsters uit de diverse plaatsen in het ruimtestation die later op aarde onderzocht zullen worden op bacteriegroei.
De laatste twee dagen, 28 en 29 april, besteedde Kuipers voornamelijk met de voorbereidingen voor de terugkeer naar de aarde. Zo werd de kleine Soyuz TMA-3 capsule volgeladen met de resultaten van de experimenten. Op 29 april was het afscheid daar, en tijdens een rechtstreekse televisie verbindingen spraken de drie vertrekkende ruimtevaarders hun dank uit voor de steun van de vluchtleiders en instructeurs voor de vlucht. Foale en Kaleri wenste hun opvolgers veel succes toe. Vervolgens gingen de vijf ruimtevaarders naar de Pirs luchtsluis, waaraan de Soyuz TMA-3 gekoppeld zat. Na een laatste omhelzing namen ze afscheid van Padalka en Kaleri en om 17:47 uur GMT werd het luik tussen het ruimtestation en de Soyuz gesloten.
De drie daaropvolgende uren waren Kaleri, Kuipers en Foale volop bezig met het activeren en uittesten van de Soyuz systemen. Om 20:52 uur werden de haken die de Soyuz TMA-3 met de Pirs module verbond, opengedraaid en veren duwden het zeven ton zware ruimteschip weg. Op de navigatiecamera was het langzaam wegdrijvende ruimtestation goed te zien. De Soyuz vergezelde het ruimtestation gedurende nog iets meer dan een omloop om de aarde. Om 23:20 uur werd de hoofdmotor van de Soyuz gedurende 4 minuten en 23 seconden ontstoken zodat de snelheid (28.000 km per uur) met 115 meter per seconde afnam. Dit was voldoende om ervoor te zorgen dat het laagste punt van de baan in de dampkring kwam te liggen. De nu nutteloze motorsectie en baanmodule werden op 23:45 van de landingscapsule afgescheiden; De motorsectie en baanmodule zouden in de dampkring verbranden. Drie minuten later kwam de landingsmodule in de hoogste lagen van de dampkring, en werd het hitteschild roodgloeiend terwijl de ruimtevaarders voor het eerste weer de aardse zwaartekracht begonnen te voelen. De vertraging liep op tot een maximum van 5 G. Nadat het snelheid voldoende was teruggelopen, kon de parachute ontplooid worden. André meldde dat dit een van de meest ongemakkelijke momenten van de terugkeer is, omdat de capsule als de parachute ontplooid wordt een flinke slingerende beweging maakt. Het is dan net alsof je in een kermisattractie zit, en na een lange periode van gewichtsloosheid is dat niet de meest prettige ervaring.
Om 0:12 uur kwam de landingscapsule op slechts enkele honderden meters van het geplande punt neer. Remraketjes en een ingenieus schokbrekersysteem zorgde ervoor dat de klap iets verzacht werd voor de inzittenden. Al binnen enkele minuten waren de bergingshelikopters te plekke, en begon men met het uit de capsule helpen van de drie ruimtevaarders. Binnen enkele uren waren ze al op weg naar Sterrenstad nabij Moskou alwaar ze nog enkele weken zullen verblijven voor de medische testen en het afronden van de laatste experimenten. Kuipers zal midden mei weer naar Nederland terugkeren.
In de tussentijd waren Padalka en Fincke begonnen aan hun verblijf in het ruimtestation. Pas in oktober zullen we weer bezoek krijgen als hun opvolgers met een Soyuz naar het ruimtestation vliegen.

Het zonnestelsel in

Vluchtleiders hebben besloten het ontplooien van de radarantennes van de Mars Express, oorspronkelijk gepland voor de eerste week van mei, uit te stellen. Reden hiervoor is dat de antennes bij het ontplooien heen en weer kunnen zwaaien, waardoor de kans bestaat dat de Mars Express beschadigd wordt. Ingenieurs op aarde kijken nu hoe de antennes nu het beste ontplooid kunnen worden, zonder de sonde te beschadigen. Het radar-experiment van de Mars Express moet eventueel ondergronds water op Mars vaststellen.

Recente lanceringen

  • 26 april 2004 – 20:37 GMT – Lanceerplaats: Baykonur – Draagraket: Proton-K/DM-2M
    • Ekspress AM-11Massa: 2542 kg – Int. Nr.: 2004-015A
      Deze Russische, voor binnenlands gebruik, bestemde communicatiekunstmaan werd door de bovenste DM-2M trap van de Proton draagraket in een geostationaire overgangsbaan geplaatst. De kunstmaan gebruikte haar eigen motor om een geostationaire positie op 96,5 graden oosterlengte te bereiken. Ekspress AM-11 is gebouwd door NPO in Rusland, terwijl de communicatieapparatuur door Alcatel Space geleverd is. De geplance levensduur van de kunstmaan is 12 jaar.